250 g boter, op kamertemperatuur
150 g poedersuiker, gezeefd
½ tl vanillearoma
½ tl amandelaroma
snufje zout
250 g patentbloem, gezeefd
5 eiwitten

1. Verwarm de oven voor tot 165 °C. Bekleed 2 bakplaten met bakpapier.

2. Mix de boter, de poedersuiker, het vanillearoma, het amandelaroma en het zout luchtig met een mixer.

3. Spatel de patentbloem er in twee delen doorheen.

4. Was de kloppers van de mixer en een mengkom zorgvuldig af. Klop de eiwitten in de kom met de mixer stijf. Spatel de stijve eiwitten in twee delen door het beslag.

5. Schep het beslag in een spuitzak en spuit staafjes van 6 tot 8 cm lang op de bakplaat, met een paar cm afstand ertussen.

6. Bak de kattentongen in 20 minuten gaar met een goudbruin of bruin randje. (Beide bakplaten kunnen tegelijk in de oven; wissel ze halverwege snel even om.)

7. Laat de kattentongen eerst 15 minuten afkoelen op de bakplaat. Laat ze verder volledig afkoelen op een taartrooster.

TIP | Ik heb een speciale lidah kucing-vorm en als ik tijd en geduld heb, gebruik ik die. Ze zijn voor kleine en grote koekjes te verkrijgen en zorgen dat je koekjes mooi van vorm worden. Als je een lidah kucing-vorm hebt, vet deze dan lichtjes in met bakspray. (Je hoeft dit maar een keer te doen. Voor de overige porties is invetten niet meer nodig.)

TIP | Het aantal koekjes dat je kunt maken met dit beslag loopt erg uiteen. Dit komt omdat je ze zo lang of kort kunt maken als je zelf wilt. Zodat je het weet: het goudbruine randje rondom het koekje mag. Het is juist typerend voor deze lekkernij.